Een van de grondleggers van breath4balance schreef een inleiding in het tijdschrift voor acupuncturisten de ‘Huang Ti’ over de zinvolle combinatie van acupunctuur en hypnotherapie. Beide methoden kunnen ook ingezet worden bij de ondersteuning van het weer in balans komen!
Acupunctuur en hypnose laten zich goed combineren, om de effecten van de acupunctuur te optimaliseren. Deze fusion noemen we ‘hypnopunctuur’.
Zowel de klassieke Chinese acupunctuur als de zogenaamde microsysteemacupunctuur kan hierbij ingezet worden.
Wij zullen ingaan op de hypnopunctuur op basis van enkele centrale klassieke Chinese punten en de 5 basispunten uit het systeem van Yamamoto.
Er zijn enkele acupuncturisten die deze techniek in de laatste jaren hebben ontwikkeld op het gebied van de tandheelkunde. Het blijkt namelijk dat de combinatie van acupunctuur en hypnose goed inzetbaar is bij het verminderen van angst voorafgaande aan tandextracties en behandeling van pijn na tandheelkundige ingrepen. Bij hypnopunctuur worden naalden op speciale plaatsen aangebracht om de patiënt in diepe ontspanning te brengen. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van technieken uit de klassieke hypnotherapie. Vooral een onderdeel van de neuroacupunctuur, de Yamamoto acupunctuur, leent zich goed voor deze techniek.
Hypnotherapie en acupunctuur versterken elkaar namelijk, en de trance onder hypnopunctuur kan een extra verdieping krijgen door de synergie tussen de acupunctuurnaalden en de suggesties en verdiepingstechnieken uit de hypnotherapie. De hypnotherapie die zich het best leent tot het inzetten met acupunctuur is de hypnotherapie volgens Erickson.
Erickson en de hypnotherapie
De grondlegger van de moderne hypnotherapie is Milton Erickson (1901-1980. Hij was psychiater en ontwikkelde een nieuwe vorm van non-directieve hypnotherapie. Belangrijk voor die ontwikkeling was dat hij in in zijn jeugd werd getroffen door kinderverlamming. Hij had een slechte prognose, en men vertelde hem dat hij nooit meer zou kunnen lopen. Dat was voor hem de motivatie om geëngageerd aan zijn eigen herstel te werken en was ook de reden dat hij bijzonder inzicht in de nonverbale communicatie ontwikkelde. Op basis daarvan ontstonden nieuwe en effectieve hypotherapeutische technieken.
Hij maakte veelvuldig gebruik van verhalen die metaforen waren voor het probleem van de patiënt. Zijn gesprekken waren niet lineair, hij maakte gebruik van de zogenaamde stacked realities, gecompliceerde verhalen waar de patiënt het spoor bijster door raakt. Door deze complexe verhalen, gesproken met een langzame stem, raakte patiënt in trance en gaf het op, om de logische structuur van het verhaal te volgen. Daardoor ontstond ruimte voor een directe dialoog met het onderbewuste. Tijdens die dialogen weefde hij langzaam suggesties in, om het gedrag van de patiënten te laten veranderen in de gewenste richting.
Het Neuro Linguïstisch Programmeren (NLP) is ontstaan op basis van zijn werk.
Hypnotherapie kan opgevat worden als een bijzondere samenwerking tussen de therapeut en de patiënt, gebaseerd op een dialoog met het onbewuste van de patiënt. Door middel van hypnose kan men toegang krijgen tot archetypische processen, herinneringen en emoties bij de patiënt. Zo kan inzicht ontstaan in onbewuste en niet gewenste reacties en kan men alternatieve gedragstrategieën aanleren. Ook psychosomatische klachten kunnen verminderen, en symptomen en pijn kunnen beter geïntegreerd worden en verminderen in intensiteit, zodat de kwaliteit van leven toeneemt.
Hypnotherapie en acupunctuur
Bij de Ericksonian hypnotherapie wordt de patiënt dus via stappen in een trance gebracht, waarbij de therapeut in contact en dialoog treedt met het onderbewuste en onbewuste van de patiënt. Door de plaatsing van de naalden zijn bepaalde geblokkeerde emoties in het onderbewuste verder toegankelijk te maken voor hypnotherapie.
Hypnopunctuur is een nieuwe loot aan de fusion boom van de complementaire behandelvormen. Op Google heeft de zoekterm hypnopuncture al meer dan 200 hits, waardoor we kunnen zien dat deze stroming nog relatief jong is, maar toch al duidelijk aanwezig is.
In een recent overzicht over hypnose en acupunctuur werd over deze synergie opgemerkt: acupunctuur kan helpen om pijn en ontstekingen te verminderen, vermoedelijk via de afgifte van beta-endorfines en ACTH (hormonen). Hypnose kan ook helpen om pijn te verlichten, en ook deze techniek kan effecten hebben op het immuunsysteem. Het gelijktijdig inzetten van deze beide technieken kan leiden tot versterkte effecten (Samuels 2005).
Hypnopunctuur
Hypnose en acupunctuur zijn de laatste tijd vaker in het nieuws als koppel complementaire behandelwijzen, daar er steeds meer evidentie is dat beide interventies bijvoorbeeld bij pijnsyndromen op een zinvolle wijze ingezet kunnen worden.
Er zijn nog weinig studies gedaan naar de effecten van het inzetten van hypnose samen met acupunctuur. De effecten van beide interventies zijn ongeveer vergelijkbaar, afhankelijk van hoe men vergelijkt. (Dunninger 1998, Stewart, Thomson, & Oswald, 1977).
In een groep van achtentwintig kinderen tussen 6 en 18 jaar werd acupunctuur en hypnose ingezet bij de behandeling van chronische pijn, waarbij de 6 weken elke week een behandeling acupunctuur en hypnosesessie van 20 minuten tegelijkertijd kregen. (Zeltzer, Tsao, Stelling, Powers, Levy, & Waterhouse, 2002). Zowel de kinderen als de ouders waren erg tevreden over de gecombineerde behandeling, en zowel de pijn als de anticipatoire angst reageerden goed.
In een studie werden vijfentwintig patiënten met hoofdpijn en nekpijn eerst behandeld met acupunctuur en vervolgens, na een periode zonder acupunctuurbehandeling met hypnose. De patiënten met acute pijnsyndromen reageerden het best op acupunctuur, en die patiënten met meer psychosomatische pijnsyndromen leken meer op hypnose te reageren (Lu, Lu, & Kleinman 2001). In een andere kleine studie werden mannen die niet organische seksuele stoornissen hadden, behandeld in twee groepen: de ene groep kreeg acupunctuur (n=16) en de andere groep hypnose (=15), terwijl 29 patiënten geen behandeling kregen en als controlegroep fungeerden. Zowel acupunctuur als hypnose scoorden beter dan de groep zonder behandeling, alleen de hypnose groep was significant beter.(Aydin et al.1997).
Er zijn in principe verschillende wijzen waarop hypnose en acupunctuur samen ingezet kunnen worden:
- om naaldangst bij angstige patiënten te verminderen, deze vorm werd door tandartsen ontwikkeld, de hypnose wordt voorafgaand aan de acupunctuur ingezet,
- hypnotherapie volgens bijvoorbeeld Erickson, terwijl een simpel acupunctuur patroon de hypnose ondersteunt,
- hypnotherapie tijdens acupunctuur, waarbij suggesties gegeven worden die aansluiten bij de Chinese theorie van de energie in het lichaam, als metafoor,
- hypnotherapie met behulp van acupunctuurpatronen die aansluiten op de emotionele problematiek van de patiënt.
- hypnopunctuur die gebruik maakt van algemeen werkzame punten volgens Yamamoto, zoals de A, B, C, D en E punten (zie onder).
Chinese inzichten, acupunctuurpatronen en Hypnose
De derde en vierde wijze waarop hypnotherapie met acupunctuur gecombineerd kan worden leidt tot een potentiële synergie tussen de hypnose en acupunctuur, op basis van de Chinese filosofie van de organen en de emoties. Binnen de Chinese medische filosofie spelen de organen lever, hart, milt/ pancreas, long, nier een speciale rol bij lichaamsfuncties en op zielsgebied.
Tijdens de acupunctuursessie, kan als de trance geïnduceerd en verdiept is, langzaam de werking van bepaalde acupunctuurpunten of meridianen verteld worden, waarbij men de patiënt uitnodigt een en ander te visualiseren. Zo kan men aansluiten bij de oude Taoïstische traditie van het visualiseren van de qi-stroom. We zullen hier een voorbeeld geven, hoe andere auteurs de acupunctuur combineren met hypnose, om de acupunctuur effecten te versterken.
De samenhang tussen organen en emoties ligt binnen de vijf elementenleer, een van de bekendste stromingen uit de traditionele Chinese geneeskunde. De Vijf elementen en de vijf organen uit de Chinese filosofie zijn: Hout, Vuur, Aarde, Metaal en Water. De daarbij horende organen zijn: Lever, Hart, Milt, Long en Nieren. De emoties die respectievelijk met die elementen en organen gekoppeld zijn, zijn achtereenvolgens woede, vreugde, tobben, verdriet en angst.
Een patiënt met veel verdriet kan via de hypnotherapie hieraan werken, en dit wordt versterkt door een specifiek inzichtgevend patroon te prikken op basis van de long-energie (bijvoorbeeld het longpunt #7, samen met het hartpunt #3) en een acupunctuurpatroon volgens de zogenaamde chakrabenadering uit de Indiase energetica (inzicht via het 6de chakra). Daarbij worden 5 naalden in een soort kruis geprikt rond het punt Yintang tussen de wenkbrauwen. Door het Chinese patroon met long 7 en hart 3 wordt de geblokkeerde emotie verdriet beter toegankelijk en doorleefbaar. Het patroon tussen de wenkbrauwen helpt, omdat het bewustzijn door dit patroon introspectief en helder blijft. Zo kan hypnose en klassieke Chinese acupunctuur gebundeld worden.
Hypnopunctuur en YNSA
Het YNSA microsysteem heeft als voordeel dat de patiënt aan de naald direct effecten bemerkt op zijn klachten. Met de vijf basispunten (A t/m E) is in principe het hele lichaam te behandelen. Elk punt staat voor een deel van het lichaam, en de waargenomen effecten en gepropageerde fenomenen helpen bij het tot stand komen van een hypotherapeutische verdieping. De patiënt zal na het steken van de naald vrij snel effecten opmerken, voornamelijk vermindering van de klachten, of ervaringen voelen die samenhangen met Qi-bewegingen. Deze subjectieve snelle effecten lenen zich uitstekend op ingebouwd te worden in een hypnotisch suggestie patroon. In onze nascholing zullen we voor elk van deze punten hypnotische patronen bespreken en enkele demonstraties geven.
YNSA: de vijf basispunten
Het basis punt A ligt op de Yinzijde 1 cm lateraal van de mediale lijn door de schedel, net boven, op en onder de haargrens. Dit punt wordt opgedeeld in 7 delen, die corresponderen met de cervicale (hals) wervels 1 t/m 7. A3 ligt op de haargrens, A1 ligt 1 cm boven de haargrens en A7 ligt 1 cm onder de haargrens. Het A punt is dus meer een lineaire lijn van 2 cm dan een punt.
Het A punt kan ingezet worden bij klachten in het corresponderende huidgebied of spieren. Bijvoorbeeld bij hoofdpijn en migraine kan dit punt geprikt worden, bij voorkeur zoeken naar het gevoelige punt binnen deze zone en daar steken.
Op de Yangzijde van de schedel ligt dit punt op de horizontale schedelnaad (sutura lambdoidea), ongeveer een handbreedte van de onderste schedelrand, ook 1 cm van de mediale lijn ter hoogte van DM 18.
Het basispunt B ligt op de Yinzijde 1 cm lateraal van het A punt en 2 cm lateraal van de mediale lijn. Dit punt representeert de cervicale wervelkolom, de nek en de schouderregionen. Het punt kan ingezet worden bij pijn in de regio van de nek en de schouder, frozen shoulder en verlammingen van de schouder en arm.
Op de Yangzijde ligt dit punt ongeveer 7 mm van punt A af, op dezelfde schedelnaad.
Het basispunt C ligt 2.5 cm lateraal van het B punt en 4.5 tot 5 cm van de middenlijn. Dit is ook geen punt maar een zone van circa 2 cm, ter hoogte van de haargrens. De zone ligt op een schuine lijn van 45 graden, daar waar de horizontale haarlijn een hoek maakt. Indicaties voor deze zone zijn alle pijnsyndromen van de schouder en arm en hand, tintelingen en regionale pijnsyndromen, zoals de Sudeckse dystrofie.
Op de Yangzijde ligt dit punt 1,5 tot 2 cm van punt B ook met een hoek van 45 graden richting de middenlijn en ter hoogte van Galblaas 10.
Het basispunt D ligt op de temporale zone 1 cm boven het jukbeen (arcus zygomaticus) en 2 cm voor het oor, bij de haargrens. Het D punt wordt voornamelijk geprikt voor de behandeling van klachten van de benen, de onderbuik en de lumbale wervelkolom.
Op de Yangzijde ligt het basis D punt op de zelfde hoogte als aan de Yinzijde en ongeveer 2 cm van de oorschelp af. Het punt ligt meestal in een delle op de schedelnaad. Dit punt ligt mediaal van Drievoudige Verwarmer 19.
Het 2de D punt bestaat uit een zone en is onderverdeeld in D1-D6, waarbij D1-D5 de lumbale wervelkolom representeert en D6 het sacrale gedeelte. Deze zone ligt net voor het oor en is ongeveer 1 cm lang, beginnend iets boven de ooraanzet en eindigend op de zygomaticus. Dit punt is inzetbaar voor lage rugpijn en radiculaire syndromen.
Op de Yangzijde ligt deze streng ter hoogte van de oortop en gaat met de curve van het oor mee naar achter.
Het basispunt E is eveneens een zone die begint 1 cm boven de mediale zijde van de wenkbrauw en die loopt over een lengte van 2 cm schuin omhoog, onder een hoek van ongeveer 15-30 graden. Het onderste deel van de zone wordt aangeduid als het punt E12, corresponderend met Th12, het hoogste punt E1 correspondeert met Th1. De indicaties zijn alle traumata van de ribben en thoracale wervels, intercostale neuralgie, Herpes Zoster en aandoeningen van hart en longen.
Op de Yangzijde begint het E punt ongeveer 4 cm boven Galblaas 20 en strekt zich uit tot aan de middenlijn, in een hoek van 20 graden naar beneden gericht.
Conclusie
Hypnotherapie en acupunctuur zijn beiden volwassen loten aan de boom van de complementaire behandelvormen die het verdienen geïntegreerd te worden in de reguliere geneeskunde. De combinatie van beide technieken lijkt tot een synergistisch effect te kunnen leiden en vooral de hypnotherapie volgens Erikson is goed combineerbaar met acupunctuur. In de kliniek voor neuroacupunctuur hebben we deze beide technieken uitgebreid ingezet en onderzocht. De Chinese theorie van energie en meridianen is als metafoor goed inzetbaar tijdens een hypnotherapie sessie, om de effecten van de acupunctuur te versterken. En de acupunctuur kan goed ingezet worden, om de trance verder te verdiepen.
De microsysteemacupunctuur volgens YNSA leent zich ook uitstekend voor een combinatie. Er zijn dus diverse vormen van combinaties tussen hypnotherapie en acupunctuur mogelijk en het terrein van de hypnopunctuur is jong en vol in ontwikkeling.
Literatuur
- Aydin, S., Ercan, M., Caskurlu, T., Tasci, A. L, Karamn, I., Odabas, 0., Yilmaz, Y., Agargun, M. Y., Kara, H., & Sevin, G. (1997). Acupuncture and hypnotic suggestions in the treatment of non-organic male sexual dysfunction. Scandinavian Journal of Urology and Nephrology, 31, 271-4.
- Benhaiem, J. M., Attal, N., Chauvin, M. Brasseur, L., & Bouhassira, D. (2001 ). Local and remote effects of hypnotic suggestions of analgesia. Pain, 89, 167-73.
- Dunninger, P. (1998). Hypnopuncture: Can acupuncture and hypnosis be successfully combined? Hypnos, 25, 25-30.
- Eitner S, Wichmann M, Holst S. “Hypnopuncture”–a dental-emergency treatment concept for patients with a distinctive gag reflex.Int J Clin Exp Hypn. 2005 Jan;53(1):60-73.
- Kellerman, J., Zeltzer, L., Elenberg, L., & Dash, J. (1983). Adolescents with cancer: Hypnosis for the reduction of the acute pain and anxiety associated with medical procedures. Journal of Adolescent Health Care, 4, 35-90.
- Kroger, W. S. (1972). Hypnotism and acupuncture. Journal of the American Medical Association, 220, 1012-13.
- Lu, D. P.& Lu, G. P. (1999). Clinical management of needle-phobia patients requiring acupuncture therapy. Acupuncture and Electrotherapy Research, 24, 189201.
- Lu, D. P., Lu, G. P.,& Kleinman,L. (2001). Acupuncture and clinical hypnosis for facial and head and neck pain: A single crossover comparison. American Journal of Clinical Hypnosis, 44, 141-8.
- Morse, D. R. & Cohen, B. B. (1983). Desensitization using meditation-hypnosis to control “needle” phobia in two dental patients. Anesthe*’ Progress, 30, 83-5.
- Samuels, N. Integration of hypnosis with acupuncture: possible benefits and case examples. Am J Clin Hypn. 2005 Apr;47(4):243-8.
- Simon, E. P. & Cononico, M. M. (2001). Use of hypnosis in controlling lumbar puncture distress in an adult needle-phobic dementia patient. International Journal of Clinical and Experimental Hypnosis, 49, 56-67.
- Stewart, D., Thomson, J., & Oswald, I. (1977). Acupuncture analgesia: An experimental investigation. British Medical Journal, 1, 67-70.
- Zeltzer, L. K., Tsao, J. C. I., Stelling, C., Powers, M., Levy, S., & Waterhouse, M. (2002). A phase I study on the feasibility and acceptability of an acupuncture/hypnosis intervention for chronic pediatrie pain. Journal of Pain and Symptom Management, 24, 437-46.